Passiemuziek van Heinrich Schütz

Heinrich Schütz In de periode dat in Nederland talloze uitvoeringen plaatsvinden van Bach’s Matthäus- en Johannespassion brengt het Monteverdi Kamerkoor Utrecht een programma met passiemuziek van een man, die precies 100 jaar vóór Bach geboren werd en zou uitgroeien tot één van de belangrijkste componisten van de 17e eeuw.  Een componist wiens invloed op Bach’s Passionen onmiskenbaar is. Zijn naam is Heinrich Schütz, in 1585 geboren in Köstritz (Saksen), in 1672 gestorven in Dresden. Ook híj componeerde, in laatste 10 jaren van zijn (lange) leven, een Lukas-, Johannes- en Matthäuspassion. Het Monteverdi Kamerkoor Utrecht koos echter voor een gevarieerd programma met werken uit verschillende perioden van Schütz’ compositorisch oeuvre.

“Die Sieben Worte Jesu am Kreuz” staat centraal in dat programma. Het werk ontstond waarschijnlijk in 1645. Het is de tijd waarin de Dertigjarige oorlog (die in 1618 begon) op zijn eind loopt en zijn stempel op alle facetten van het dagelijks leven zwaar heeft gedrukt. In zijn kerkmuziekpraktijk moet Schütz zich met weinig middelen redden en hij schrijft dan ook uitsluitend werken voor kleine bezettingen. Opvallend is hoe hij erin slaagt van de nood een deugd te maken: de geserreerde stijl waarin hij zijn composities concipieert heeft een ongelooflijke zeggingskracht.  “Die Sieben Worte” is bedoeld voor vijf solostemmen, vijf instrumenten en basso continuo. In de uitvoering door het Monteverdi Kamerkoor Utrecht zullen sommige ensemblepassages door het vijfstemmig tuttikoor worden gezongen, waardoor er nog meer contrastwerking in het werk ontstaat. Van de vijf solopartijen zullen er drie vertolkt worden door zangers van het Monteverdi Kamerkoor Utrecht, die over uitstekende solistische kwaliteiten beschikken. Voor de beide tenorpartijen zijn professionele solisten aangetrokken.

De beide tenoren zullen zich ook laten horen in enkele van Schütz’ “Kleine Geistliche Konzerte”. Ook deze composities ontstonden in de magere jaren van de Dertigjarige oorlog.

De 40 Latijnse motetten uit de “Cantiones Sacrae” liet Schütz publiceren in het jaar dat hij 40 jaar werd. Dat is zeker geen toeval. In de getallensymboliek van die tijd werd het getal 40 gezien als het middelpunt van het menselijke aardse leven. Veel van de in de “Cantiones Sacrae” gebruikte teksten hebben ook betrekking op deze thematiek. De tijd heeft Schütz gelijk gegeven: hij heeft de 80 ruim gehaald! In de “Cantiones Sacrae” is de invloed van Giovanni Gabrieli en Claudio Monteverdi, bij wie hij in Venetië studeerde, duidelijk hoorbaar. De stijl is contrapuntisch en sterk gericht op de uitbeelding van de tekst. Het Monteverdi Kamerkoor Utrecht zingt uit deze serie het driedelige passiemotet “Aspice Pater piissimum Filium” en het vijfdelige “Quid commisisti o dulcissime puer”.

In de “Geistliche Chormusik” doet Schütz iets ongebruikelijks. Terwijl in de periode rond 1650 de opera en de daarbij behorende virtuoze vocale en instrumentale concertostijl floreert, grijpt Schütz terug op de oude motetstijl, waarbij het polyfone weefsel zijn eigen autonomie heeft en niet, zoals inmiddels gebruikelijk was, de basso continuo de stuwende kracht is. Het is alsof hij zijn jongere collega-componisten wil waarschuwen om vooral de polyfone schrijfwijze niet uit het oog te verliezen. Met het krachtige ‘Ich weiss dass mein Erlöser lebt” kijkt dit passieconcert al uit naar Pasen. Zo hoort het te zijn: passie en opstanding horen in de christelijke zienswijze immers onafscheidelijk bij elkaar.

Het gambaconsort, dat een belangrijke taak heeft in “Die Sieben Worte”, is ook afzonderlijk te beluisteren in enkele werken van Michaël Praetorius. Het is goed om te weten dat dankzij Praetorius, die 14 jaar ouder was dan Schütz, we een belangrijke theoretische bron (“Syntagma Musica”) bezitten voor de kennis van de vroegbarokke uitvoeringspraktijk.

Het Monteverdi Kamerkoor Utrecht zal bij de uitvoering van dit Schützprogramma gebruik maken van de “Neue Ausgabe sämtlicher Werke”, zeer recentelijk (namelijk in 2006) uitgegeven door Bärenreiter in opdracht van de “Internationale Heinrich-Schütz-Gesellschaft”.


Programma

Aspice Pater piissimum Filium, SWV 73 uit Cantiones Sacrae 1625 koor SATB en basso continuo
Consortmuziek, Michael Praetorius (1571-1621) gambaconsort
O misericordissime Jesu, SWV 309 uit Kleine Geistliche Konzerte 1636/39 tenor en basso continuo
Quid commisisti o dulcissime puer, SWV 56 uit Cantiones Sacrae 1625 koor SATB en basso continuo
Consortmuziek, Michael Praetorius gambaconsort
O Jesu nomen dulce, SWV 308 uit Kleine Geistliche Konzerte 1636/39 tenor en basso continuo
Die Sieben Worte Jesu am Kreuz, SWV 478 uit 1645 (?) soli SATTB, koor SATTB, gambaconsort en basso continuo
O hilf, Christe, Gottes Sohn, SWV 295 uit Kleine Geistliche Konzerte 1636/39 2 tenoren en basso continuo
Ich weiss dass mein Erlöser lebt, SWV 393 uit Geistliche Chormusik 1648 Koor SSATTBB

Concerten

Za 1 maart 2008
15.00 u
Catharinakerk, Eindhoven Toegang vrij, collecte na afloop
Za 8 maart 2008
20.15 u
Grote Kerk, Maassluis 10,00 € / 8,50 € reductie (1)
Za 15 maart 2008
20.15 u
Oude Kerk, Soest 12,50 € / 10,00 € reductie (1)
Zo 16 maart 2008
14.00 u
Oude Jeroenskerk, Noordwijk 14,00 €/ 12,00 € reductie (2)

1: Reserveren niet mogelijk / kaartverkoop aan de kerk
2: Kaarten te reserveren via telefoonnummer 071- 361 5700

 

 

Medewerkenden

Guido Groenland en
Emiel Hoefnagel
Tenorsoli
Klaas Vellinga Orgel
Julie Ong Diskant viola da gamba
Maria Merck Alt viola da gamba
Terry Pratt,
Jan Kaldeway en
Hildegaard Moonen
Bas viola da gamba


MKU © 2008